Test je kennis | Slaap- en kalmeringsmiddelen | Antwoorden
Antwoorden kennisquiz Slaap- en kalmeringsmiddelen
1. Wat is de medische naam voor slaap- en kalmeringsmiddelen?
A. Benzodiazepinen
B. Pammetjes
C. Bammetjes
Het juiste antwoord is: A.
De medische naam is Benzodiazepinen. Dat zijn medicijnen met een rustgevende en ontspannende werking. Ze bestaan sinds de jaren 60. In het begin dacht men dat ze veilig waren en dat er weinig nadelen aan kleefden. Sinds de jaren 80 is daar verandering in gekomen. Toen werd bekend dat ze verslavend zijn en dat ze wel degelijk bijwerkingen hebben.
2. Voor hoe lang mogen deze benzodiazepinen voorgeschreven worden als iemand slaapproblemen heeft?
A. Eenmalig maximaal 5 tot 10 tabletten. Dagelijks gebruik moet worden vermeden
B. Maximaal 14 dagen aaneengesloten gebruik
C. Voor onbepaalde tijd en alleen zo nodig
Het juiste antwoord is: A.
Het voorschrift bij slaapproblemen is: eenmalig voorschrijven en dan niet meer dan vijf tot tien tabletten. Dagelijks gebruik moet worden vermeden. Dit is volgens de laatste inzichten en volgens de standaard van de Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG). Zo wordt gewenning en afhankelijkheid aan het middel voorkomen. Veel huisartsen werken nog volgens de eerdere NHG richtlijnen die voorschreven: maximaal 14 dagen aaneengesloten gebruiken. Ook zijn er patiënten die deze middelen al jarenlang voorgeschreven krijgen omdat dat vroeger de gewoonte was of omdat ermee stoppen best lastig kan zijn.
3. Waarom is het verstandig om benzodiazepinen alleen voor korte tijd te gebruiken?
A. Omdat het verslavend is
B. Omdat je het vervelende bijwerkingen heeft
C. Beide antwoorden zijn juist
Het juiste antwoord is: C.
Het zijn verslavende middelen. Je lichaam went eraan, je hebt het gevoel niet zonder te kunnen en je lichaam heeft steeds meer nodig voor hetzelfde effect. Vaak merken mensen het niet meer, maar het gebruik heeft ook vervelende bijwerkingen:
• Sufheid. Dit zorgt voor een vertraagde reactie. Je mag dan ook geen auto besturen.
• Spierontspanning. Dit zorgt samen met de vertraagde reactiesnelheid ervoor dat iemand sneller valt en iets breekt.
• Gevoelsmatige afvlakken. Dit zorgt ervoor dat mensen minder kunnen genieten.
Mensen die gestopt zijn na langdurig gebruik voelen zich vaak beter en levendiger, ‘alsof de zon weer ging schijnen’ is een veelgehoorde uitspraak van mensen die gestopt zijn.
4. Hoeveel eerder en hoeveel langer slaap je gemiddeld als je een slaapmiddel gebruikt?
A. 17 minuten eerder / 40 minuten langer
B. 40 minuten eerder / 1 uur per nacht langer
C. 1 uur eerder / 2 uur langer
Het juiste antwoord is: A.
In vergelijking met een placebo (nep-medicijnen) slapen mensen dan 15 tot 20 minuten sneller in, en slapen ze 30 tot 50 minuten langer. Na 2 weken neemt dit effect geleidelijk af. De ongewenste bijwerkingen blijven echter bestaan.
5. Hoe kunnen mensen er het beste mee stoppen als ze al langdurig gebruiken?
A. Het beste is in één keer te stoppen
B. Langzaam afbouwen
C. In een kliniek onder medisch toezicht
Het juiste antwoord is: B.
In één keer stoppen verergert de klachten waarvoor het middel gebruikt werd, zoals angst, slapeloosheid en onrust. Om te stoppen na langdurig gebruik kan iemand het beste langzaam afbouwen. Dat kan gewoon thuis, met of zonder hulp maar altijd eerst in overleg met de huisarts. Tijdens dit proces kan het prettig zijn om gesprekken met een hulpverlener te hebben. Het kost vaak tijd voordat de klachten verminderen of verdwijnen.
6. Het gebruik van benzodiazepinen veroorzaakt veel…
A. Botbreuken en ziekenhuisopnames
B. Gehoorproblemen en slecht zicht
C. Longontstekingen
Het juiste antwoord is: A.
Jaarlijks veroorzaken benzodiazepinen zo'n 100.000 valpartijen met 20.000 ziekenhuisopnames. Vooral bij ouderen kan de genezing lang duren.
7. Welke soorten slaap- en kalmeringsmiddelen zijn er?
A. Middelen met een kortdurende en middelen met een langdurende werking
B. Middelen mèt en middelen zonder bijwerkingen
C. Middelen voor peuters en middelen voor kleuters
Het juiste antwoord is: A.
Er zijn veel soorten benzodiazepinen. Sommige worden toegepast bij slaapproblemen, anderen bij angst of epilepsie. Ook verschilt de tijdsduur waarin ze werken. Er zijn middelen met een kortdurende en met een langdurende werking. Helaas hebben alle benzodiazepinen vervelende bijwerkingen zoals een verslavend effect, sufheid en spierontspannend effect. Mensen die gestopt zijn met benzodiazepines staan niet alleen lichamelijk sterker op de benen. Ze voelen zich levenslustiger. Ze kunnen beter met problemen omgaan, voelen zich helderder, minder vlak en meer betrokken bij hun omgeving. Ze kunnen zich beter concentreren, zijn actiever en genieten meer.Test je kennis | Cannabis | Antwoorden
Antwoorden Kennisquiz Cannabis
1. ‘Hasj en wiet gebruiken is onschadelijk’. Waar of niet?
A. Waar, er zijn geen negatieve effecten voor de gezondheid
B. Waar, maar je kunt er beter niet mee aan het verkeer deelnemen
C. Niet waar, het kan allerlei psychische problemen veroorzaken
Het juiste antwoord is: C.
Cannabis is geen onschuldige drug, maar in vergelijking met andere drugs is cannabis ook niet de meest gevaarlijke drug die er is. Dat wil niet zeggen dat het geen problemen geeft. En
omdat het de concentratie en het reactievermogen beïnvloed is het gevaarlijk, en ook verboden, om ermee aan het verkeer deel te nemen. Overmatig cannabis gebruiken, kan op langere termijn zorgen voor verschillende problemen en klachten. Het kan onder meer leiden tot vergeetachtigheid, prikkelbaarheid, rusteloosheid, slaapproblemen, verminderde eetlust, maagklachten en psychische problemen. Dat kan weer problemen op school of werk en in de relatie met anderen geven. Als je er teveel geld aan uitgeeft kan het gebruik natuurlijk ook tot financiële problemen leiden.
2. Cannabisgebruik is een extra risico bij…
A. Vrouwen die zwanger zijn of willen worden
B. Mensen met hart- en vaatziekten
C. Beide
Het juiste antwoord is: C.
Mensen met hart- en vaatziekten, mensen die zwanger willen worden en zwangere vrouwen en lopen extra risico’s als ze hasj of wiet gebruiken.
• Vruchtbaarheid kan bij zowel mannen als vrouwen verminderen. Dit herstelt zich als iemand stopt met het gebruik van hasj of wiet.
• Bepaalde stoffen uit hasj en wiet komen via de placenta bij de ongeboren baby terecht. Dit kan schadelijk zijn voor het kind. Ook vrouwen die borstvoeding geven, kunnen beter geen cannabis gebruiken.
• Door hasj en wiet kan de bloeddruk plotseling dalen en ontstaan soms hartkloppingen. Dit kan gevaarlijk zijn voor mensen met hart- en vaatproblemen.
3. Is wiet verslavend?
A. Ja, je kunt inderdaad afhankelijk van worden
B. Nee, het is maar een plantje, puur natuur, je kunt er niet verslaafd aan raken
C. Ja, je hebt steeds meer nodig om hetzelfde effect te krijgen
Het juiste antwoord is: A.
Wie regelmatig gebruikt kan er verslaafd aan raken. Je kunt dan niet meer goed zonder de effecten van cannabis. Maar je hebt van cannabis niet steeds meer nodig om hetzelfde effect te krijgen. Zoals bijvoorbeeld bij alcohol of ‘hard drugs’ gebruik wel het geval is als je het overmatig gebruikt. En ontstaat wel een soort van tolerantie. Je wordt nog steeds met kleine hoeveelheden stoned
maar het effect veranderd. Beginnende gebruikers zullen veel eerder lachkicks, paranoia of hallucinaties meemaken. Ervaren gebruikers worden voornamelijk ontspannen. Ervaren gebruikers hebben ook minder last van de verhoogde hartslag en verlaagde bloeddruk. Redenen om te stoppen of minderen met cannabisgebruik zijn als iemand:
• bij stress behoefte aan cannabis krijgt
• vaker en meer cannabis neemt dan hij van plan was
• onrustig wordt als blowen niet kan
• blijft gebruiken terwijl er problemen ontstaan in relaties, op werk/school en gezondheid.
• het stoppen of minderen ermee steeds uitstelt
4. Wat is het effect kort nadat je geblowd hebt?
A. Een betere concentratie en logischer nadenken
B. Dingen beter kunnen onthouden
C. Een andere waarneming van zien, horen en voelen
Het juiste antwoord is: C.
Van cannabisgebruik krijgt iemand een andere kijk op de werkelijkheid. De omgeving ziet er anders uit, geluid klinkt sterker, de fantasie wordt sterker. Gevoelens en stemming worden versterkt. Dat geldt zowel voor positieve als negatieve gevoelens. Het korte termijn effect van blowen wordt meestal als ontspannend ervaren, mensen kunnen zich zwaar (stoned) voelen. De concentratie neemt af, het reactievermogen wordt minder en je kunt niet meer zo goed onthouden. De armen en benen voelen zwaarder. Je kunt je ook duizelig en misselijk voelen. Soms krijgen mensen last van angst en paniek. Ook flauwvallen kan gebeuren. Bij roken merk je dat al na enkele minuten en het effect blijft 2 tot 4 uur. Bij eten begint de werking later, pas na één tot twee uur en kan wel 5 tot 12 uur aanhouden.
5. Van veel en vaak en zware wiet gebruiken kun je ernstig in de war raken
A. Ja, maar dat is alleen bij blowen in combinatie met alcohol
B. Ja, dat risico is er vooral als je jong begint met cannabisgebruik
C. Nee, door cannabisgebruik loop je geen verhoogd risico om verward te raken
Het juiste antwoord is: B.
Uit verschillende onderzoeken zijn er inmiddels overtuigende aanwijzingen dat bij mensen die in de puberteit en adolescentie beginnen met cannabis, de kans op het ontstaan van psychoses groter is. Een psychose is een ernstige aandoeningen waarbij iemand het contact met de werkelijkheid kwijt is geraakt. Men is dan in de war, angstig achterdochtig en kan last van hallucinaties en waandenkbeelden hebben. Het risico hierop lijkt bij het gebruik van zware wiet (skunk) groter te zijn dan bij gebruik van hasj. Bij sommige blowers kunnen ook depressieve gevoelens ontstaan. Daarnaast komen klachten als een onwerkelijk gevoel (de-realisatie), je niet goed kunnen concentreren en veel moe zijn ontstaan. Ook kan iemand schokken in het hoofd voelen, tintelingen, spiertrekkingen, zichtproblemen en duizelingen. Niet iedereen krijgt al deze klachten. Hoe vaker en hoe meer cannabis iemand gebruikt, hoe groter de kans dat deze klachten kunnen optreden. Ook het combineren van cannabis met andere middelen vergroot de kans hierop aanzienlijk.
6. Als je stopt met overmatig cannabisgebruik kun je last krijgen van
A. Slaapproblemen en onrust
B. Eczeem en jeuk
C. Slecht zien en slecht horen
Het juiste antwoord is: A.
Iemand die veel en vaak blowt, bijvoorbeeld dagelijks zo’n 3 joints, kan last krijgen van ontwenningsverschijnselen als hij stopt of sterk mindert met blowen. Bijvoorbeeld onrustig of angstig voelen, trillen, zweten en hitteaanvallen. Ook hoofdpijn komt voor, problemen met inslapen en soms gewichtsverlies door gebrek aan eetlust. Deze verschijnselen verdwijnen meestal na een aantal dagen tot twee weken na het stoppen. Problemen met inslapen kunnen wat langer aanhouden. Maar ook die problemen zullen afnemen of helemaal verdwijnen.
7. Wat is CBD?
A. hetzelfde als THC
B. Cannabis Bepalings Dosis
C. Cannabidiol
Het juiste antwoord is: C.
CBD staat voor cannabidiol. Het is een stof die voorkomt in hasj of wiet. Een andere stof die voorkomt in wiet is THC (delta-9-tetrahydrocannabinol). THC is de werkzame stof die zorgt voor het 'stoned' of 'high' effect van hasj en wiet. CBD heeft zelf geen psychoactieve effecten maar beïnvloedt de werking van THC wel. THC is, zeker in vergelijking met veel andere stoffen, weinig giftig. CBD is voor zover nu bekend, nog minder giftig. CBD kan, als het in hoge doseringen gebruikt de afbraak van andere stoffen, waaronder geneesmiddelen, beïnvloeden.Test je kennis | Tabak | Antwoorden
Antwoorden kennisquiz Tabak
1. Als je je ongezonde gewoontes wilt veranderen, zoals meer bewegen, minder eten en minder alcohol drinken, dan kun je beter niet ook nog het roken aanpakken
A. Dat klopt, alles tegelijk is te zwaar en dat heeft een averechts effect
B. Dat klopt, door nog te blijven roken houd je de andere goede voornemens beter vol
C. Dat klopt niet, je kunt dan juist prima tegelijk stoppen met roken, dan houdt je het
beter vol
Het juiste antwoord is: C.
Het blijkt dat werken aan een rookverslaving, tegelijk met het aanpakken van andere ongezonde leefgewoontes, elkaar in positieve zin kan beïnvloeden. Blijven roken kan zorgen
voor terugval in andere ongezonde gewoontes. Een combinatieaanpak kan herstelkansen juist vergroten!
2. Als je veel zorgen, stress of problemen kun je beter niet stoppen met roken
A. Dat klopt, dat is niet het juiste moment
B. Dat klopt, roken kalmeert en verbetert je stemming
C. Dat klopt niet, stoppen met roken heeft hier juist een gunstig effect op
Het juiste antwoord is: C.
Onderzoek wijst uit dat er geen argumenten zijn om te wachten met stoppen met roken tot iemand zich stabieler voelt en in rustiger vaarwater zit. Stoppen met roken geeft direct
verbetering van psychische gezondheid. Er is uiteraard wel een periode van ontwenning als iemand stopt met roken. De lichamelijke verslaving is na enkele dagen tot 1 week voorbij. Daarna zal vanwege de psychische verslaving, de zin in een sigaret nog regelmatig de kop opsteken maar dit is geen lichamelijke behoefte meer.
3. Stoppen met roken heeft een positief effect op…
A. Depressie
B. Angst en stress
C. Beide antwoorden zijn juist
Het juiste antwoord is: C.
Uit onderzoek bij mensen die een jaar gestopt zijn, blijkt dat de positieve effecten van stoppen met roken, gelijk zijn (of beter) aan de effecten van antidepressiva! Dat is geldt ook voor rokers die daarnaast ernstige psychiatrische klachten hebben. Stoppen met roken heeft een gunstig effect op angst, depressie en stress. Het zorgt voor een betere kwaliteit van leven en een positievere stemming.
4. Wat is de werking van Nicotine? Nicotine heeft een..
A. Verdovend effect
B. Stimulerend effect
C. Hallucinerend effect
Het juiste antwoord is: B.
Net zoals bijvoorbeeld de caffeïne in koffie, heeft nicotine ook een opwekkend effect. De hartslag en bloeddruk gaan omhoog. Nicotine stimuleert in het lichaam de afgifte van adrenaline aan het bloed. Hierdoor worden gevoelens van vermoeidheid onderdrukt, evenals de eetlust. Het is dus niet, zoals veel mensen denken, een kalmerend middel: ‘even een sigaretje om tot rust te komen’. Wat iemand dan in feite doet is de ontwenningsverschijnselen onderdrukkendie al snel na het roken van de voorlaatste sigaret opspelen.
5. Hoeveel procent van de rokers is van plan te stoppen?
A. 54%
B. 63%
C. 81%
Het juiste antwoord is: C.
Veruit de meeste mensen die roken willen graag stoppen: 81% is van plan te stoppen. Daarnaast heeft 65% van de rokers (ouder dan 15 jr.) al eens een serieuze stoppoging gedaan. Dat houdt in dat iemand minimaal 24 uur aaneengesloten niet gerookt heeft.
6. Roken staats in de top 3 van ziektelast en gezondheidsverlies. Op welke plek staat roken precies in deze top 3?
A. 1. Roken / 2. Overgewicht / 3. Hoge bloeddruk
B. 1. Overgewicht / 2. Roken / 3. Alcohol
C. 1. Alcohol / 2. Overgewicht / 3. Roken
Het juiste antwoord is: A.
Het roken van tabak is dé belangrijkste te voorkomen oorzaak van ziekte en sterfte in ons land. Roken staat op nummer 1 in de top 3 van ziektelast en gezondheidsverlies. Op nummer 4
staat nog alcohol, dus dan kom je op het volledige rijtje:
1. Roken
2. Overgewicht
3. Hoge bloeddruk
4. Alcohol
7. Op welke plekken mocht je vroeger nog roken?
A. Als leraar in de klas
B. Als je het vliegtuig, in de bus en in de trein zat
C. Beide antwoorden zijn juist
Het juiste antwoord is: C.
Op al deze plekken mocht gewoon gerookt worden. Een paar jaar geleden is ook het roken in restaurant en in de café’s afgeschaft. Wat we vroeger normaal vonden, daarvan kunnen we
ons nu niet goed meer voorstellen dat dat gewoon kon.
8. Wat levert stoppen met roken iemand op? Er zijn meerder antwoorden juist, welke?
A. Na 8 uur is de rokersadem weg
B. Na 24 uur is het risico op een hartaanval al kleiner
C. Na 2 dagen komen langzaam reuk en smaak terug
D. Na 3 dagen, de ademhaling normaliseert zich
E. Na 6 maand, het immuunsysteem herstelt, infecties krijgen minder kans
F. Na 1 jaar is het risico op hart- en vaatziekten gehalveerd ten opzichte van actieve
rokers
G. Na 10 jaar stoppen is het risico op longkanker net zo klein als bij een niet-roker
Alle antwoorden zijn juist. Stoppen loont!Test je kennis | Alcohol | Antwoorden
Antwoorden kennisquiz Alcohol
1. Regelmatig te veel alcohol drinken kan leiden tot:
A. Jeuk klachten
B. Depressie
C. Verbeterde stemming
Het juiste antwoord is: B.
Overmatig drinken verergert depressieve klachten. Te veel drinken is vaak zelfs de veroorzaker van een depressie. Na het stoppen met drinken staan mensen binnen enkele weken al op een meer positieve manier in het leven. Voor slechts een kleine groep drinkers geldt dat ze last blijft houden van depressieve klachten na het stoppen met overmatig alcoholgebruik. De depressie kan dan met medicatie en therapie behandeld worden. Een depressie kan echter niet effectief behandeld worden zolang men blijft drinken.
2. Als je niet kunt slapen kun je het beste een borreltje nemen
A. Waar, dan voel je je ’s ochtends weer helder en fit
B. Waar, als je ’s avonds alcohol gedronken slaap je dieper en rust je beter uit
C. Niet waar, alcohol verstoort een gezonde slaap
Het juiste antwoord is: C.
Alcohol lijkt het goed te doen als inslaapmiddel maar het verhindert een gezonde slaap. Het kan slaapproblemen juist veroorzaken en versterken. Minder drinken of op een ander tijdstip kan de slaapklachten verhelpen. De verwerkingsprocessen die zich afspelen in uw hersenen, functioneren slechter als mensen alcohol hebben gedronken. Je rust dus minder goed uit als je gedronken hebt. Wakker worden en opstaan is uiteraard ook prettiger zonder te hebben gedronken. Als mensen gewend zijn om onder invloed te gaan slapen, kan het lastiger zijn om nuchter te gaan slapen. Het lichaam heeft dan wat tijd nodig om weer om te schakelen naar een gezond slaappatroon.
3. Maagpijn en darmklachten zoals diarree verminderen als je stopt met drinken
A. Dat is waar
B. Niet waar, darmklachten verergeren juist als je stopt met alcohol
C. Niet waar, maagpijn verergert juist als je stopt met alcohol
Het juiste antwoord is: A.
Als iemand alcohol drinkt maakt de maag meer maagzuur aan. Regelmatig alcohol drinken kan op den duur leiden tot aantasting van het maagslijmvlies. Er kan een chronische ontsteking van het maagslijmvlies ontstaan. Het verteren van het voedsel wordt ook moeilijker. U merkt dat door maagpijn, soms ook misselijkheid en braken. Ook het darmslijmvlies is gevoelig voor ontstekingen door overmatig alcoholgebruik. Sommige mensen ontwikkelen chronische diarree van overmatig drinken.
4. Bier en wijn drinken is minder verslavend als sterke drank
A. Waar, bier en wijn zijn minder schadelijk
B. Niet waar, alcohol is alcohol, het maakt niet uit welke drank je drinkt
C. Waar, pas als je aan de sterke drank gaat ben je echt verslaafd
Het juiste antwoord is: B.
Het maakt niet uit welke drank men drinkt. Hoe schadelijk of verslavend het is hangt ervan af hoe vaak en hoe veel iemand nuttigt. En ook of het drinken voor problemen zorgt. De hoeveelheid waarvan de gezondheidsraad (2015) zegt dat die geen schade oplevert op lange termijn, dus wat verantwoord drinken is, dat is: Drink geen alcohol, of in ieder geval niet meer dan één standaardglas per dag. Als er een problematisch patroon van alcoholgebruik is, dan spreken we, volgens de officiële definitie (DSM-5), van ‘een stoornis in het alcoholgebruik’. Dat is zo bij minimaal 2 kenmerken van onderstaand rijtje:
• Vaker en in grotere hoeveelheden gebruiken dan het plan was.
• Mislukte pogingen om te minderen of te stoppen.
• Gebruik en herstel van gebruik kosten veel tijd.
• Sterk verlangen om te gebruiken
• Door gebruik minder goed functioneren op het werk, school of thuis.
• Blijven gebruiken, ondanks dat het problemen meebrengt in de relatie
• Door gebruik opgeven van hobby’s, sociale activiteiten of werk
• Voortdurend gebruik, zelfs als daardoor gevaar ontstaat (bijvoorbeeld rijden onder invloed)
• Voortdurend gebruik ondanks de kennis dat het gebruik lichamelijke of psychische problemen met zich mee brengt of verergert.
• Grotere hoeveelheden nodig hebben om het effect nog te voelen, er ontstaat tolerantie.
• Het optreden van ontwenning, die minder hevig worden door meer van de stof te gebruiken
Verslaafd of niet, het loont de moeite de drinkgewoonte te veranderen als het drinken voor problemen zorgt of een manier is geworden om met problemen om te gaan.
5. Alcohol drinken werkt
A. Pijnstillend
B. Stimulerend
C. Opwekkend
Het juiste antwoord is: A.
Alcohol heeft een verdovende werking, dus het helpt bij pijn. Bijvoorbeeld kiespijn vermindert als u alcohol drinkt. Het helpt echter maar tijdelijk. Als de alcohol is uitgewerkt, voelt u de kiespijn weer. Zo kan een bezoekje aan de tandarts wel worden uitgesteld, maar de kies wordt er niet beter van. Dit geldt ook voor andere pijn in het lichaam. De pijn wordt verdoofd, maar de kwaal niet verholpen. Alcoholgebruik vertraagt bovendien het genezingsproces. Het afbreken van alcohol vergt energie die het lichaam nodig heeft om te herstellen. In sommige gevallen is het zelfs zo dat overmatig drinken juist de oorzaak is van pijn, zoals bij maagpijn of hoofdpijn.
6. Alcohol drinken veroorzaakt géén…
A. stress klachten
B. whiplash klachten
C. burn-out klachten
Het juiste antwoord is: B.
Overmatig drinken kan zowel stress als burn-out klachten veroorzaken of verergeren. Alcoholgebruik geeft een tijdelijk een gevoel van ontspanning maar het is, zodra het is uitgewerkt, geen oplossing voor stress en burn-out klachten. Het staat het oplossen van problemen in de weg omdat alcohol psychische klachten verergert. Het zorgt ervoor dat het steeds moeilijker wordt om stress en problemen het hoofd te bieden. Het gevoel van falen en mislukken wordt daardoor erger. Dit verergert de gevoelens van stress weer. Door te stoppen met drinken krijgen de hersenen de meeste kans op herstel. Stoppen met drinken vergroot de stressbestendigheid en het vermogen om problemen op te lossen.
7. Regelmatig te veel drinken veroorzaakt
A. Vergeetachtigheid, prikkelbaarheid
B. Hartkloppingen, trillen, veel moe zijn
C. Beide
Het juiste antwoord is: C.
Alcohol kan al deze problemen veroorzaken, in stand houden of verergeren. Andere klachten die vaak met overmatig alcoholgebruik samengaan zijn stress, problemen met werk of studie, agressie, relatieproblemen, nervositeit en somberheid. Stoppen met drinken zal de klachten verminderen en is nodig om problemen aan te kunnen pakken op een manier die wel werkt.Test je kennis | Tabak
Kennisquiz tabak
1. Als je je ongezonde gewoontes wilt veranderen, zoals meer bewegen, minder eten en
minder alcohol drinken, dan kun je beter niet ook nog het roken aanpakken
A. Dat klopt, alles tegelijk is te zwaar en dat heeft een averechts effect
B. Dat klopt, door nog te blijven roken houd je de andere goede voornemens beter vol
C. Dat klopt niet, je kunt dan juist prima tegelijk stoppen met roken, dan houdt je het beter
vol
2. Als je veel zorgen, stress of problemen kun je beter niet stoppen met roken
A. Dat klopt, dat is niet het juiste moment
B. Dat klopt, roken kalmeert en verbetert je stemming
C. Dat klopt niet, stoppen met roken heeft hier juist een gunstig effect op
3. Stoppen met roken heeft een positief effect op…
A. Depressie
B. Angst en stress
C. Beide antwoorden zijn juist
4. Wat is de werking van Nicotine? Nicotine heeft een..
A. Verdovend effect
B. Stimulerend effect
C. Hallucinerend effect
5. Hoeveel procent van de rokers is van plan te stoppen?
A. 54%
B. 63%
C. 81%
6. Roken staats in de top 3 van ziektelast en gezondheidsverlies. Op welke plek staat
roken precies in deze top 3?
A. 1. Roken / 2. Overgewicht / 3. Hoge bloeddruk
B. 1. Overgewicht / 2. Roken / 3. Alcohol
C. 1. Alcohol / 2. Overgewicht / 3. Roken
7. Op welke plekken mocht je vroeger nog roken?
A. Als leraar in de klas
B. Als je het vliegtuig, in de bus en in de trein zat
C. Allebei antwoorden zijn juist
8. Wat levert stoppen met roken iemand op? Er zijn meerder antwoorden juist, welke?
A. Na 8 uur is de rokersadem weg
B. Na 24 uur is het risico op een hartaanval al kleiner
C. Na 2 dagen komen langzaam reuk en smaak terug
D. Na 3 dagen, de ademhaling normaliseert zich
E. Na 6 maand, het immuunsysteem herstelt, infecties krijgen minder kans
F. Na 1 jaar is het risico op hart- en vaatziekten gehalveerd ten opzichte van actieve rokers